Klachten in de zorg kennisbank
Delen:
Nieuws

De loonkloof in de zorg en de aanpak van schijnzelfstandigheid, hoe werkt dit voor jou als zzp’er in de zorg

De zorgsector in Nederland kampt al geruime tijd met een loonkloof. Dit is een situatie waarin de beloning voor zorgpersoneel niet altijd in verhouding staat tot de werklast, verantwoordelijkheden, en de essentiële rol die zorgverleners spelen in de maatschappij. Vooral het verschil in beloning tussen zorgverleners in loondienst en zzp’ers is een punt van discussie. De overheid probeert nu via de aanpak van schijnzelfstandigheid deze kloof te dichten. Maar hoe kan dit werken?

De loonkloof in de zorg

De loonkloof verwijst niet alleen naar de verschillen tussen mannen en vrouwen in de zorg, maar vooral naar de kloof tussen zorgverleners in loondienst en zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers). Terwijl zzp’ers vaak een hoger uurtarief kunnen vragen, missen ze sociale zekerheden zoals doorbetaling bij ziekte, pensioenopbouw, en vakantiedagen, die werknemers in loondienst wél hebben.

Er zijn een aantal factoren die bijdragen aan deze kloof:

  1. Werkomstandigheden en werkdruk: Zorgverleners in loondienst moeten vaak werken onder hoge druk en strakke roosters, zonder de flexibiliteit die zzp’ers wel ervaren.
  2. Inkomensverschillen: Omdat zzp’ers zelf hun tarief kunnen bepalen, ligt hun uurtarief doorgaans hoger dan dat van werknemers in loondienst. Dit leidt tot ongelijkheid in de sector, hoewel zzp’ers geen recht hebben op vaste secundaire arbeidsvoorwaarden.
  3. Tekort aan zorgpersoneel: Door de aanhoudende personeelstekorten in de zorg hebben zzp’ers de onderhandelingspositie om hogere tarieven te vragen, wat de kloof vergroot.

Schijnzelfstandigheid en de Wet DBA

De Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) is bedoeld om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. Schijnzelfstandigheid ontstaat wanneer iemand werkt als zzp’er, maar in feite dezelfde werkzaamheden verricht als een werknemer in loondienst, met een vergelijkbare mate van gezag en verplichtingen. Dit is vaak het geval in de zorg, waar zzp’ers dezelfde taken uitvoeren als hun collega’s in loondienst, maar tegen een ander tarief en met andere voorwaarden.

De aanpak van schijnzelfstandigheid richt zich erop om te voorkomen dat zelfstandigen eigenlijk verkapte werknemers zijn, zonder de bijbehorende sociale zekerheden en rechten. Door zzp’ers die structureel in dienst zijn van één zorginstelling als werknemer te beschouwen, hoopt de overheid:

  1. Gelijke beloning voor gelijke werkzaamheden: Het belonen van iedereen die in dezelfde functie werkt volgens dezelfde cao-regelingen, ongeacht of ze als zzp’er of in loondienst werken.
  2. Bescherming van sociale zekerheden: Werknemers in loondienst hebben recht op pensioen, doorbetaling bij ziekte, en ontslagbescherming. Door de schijnzelfstandigheid aan te pakken, wil de overheid ervoor zorgen dat deze rechten ook worden toegekend aan zzp’ers die eigenlijk in loondienst zouden moeten zijn.
  3. Beperking van oneerlijke concurrentie: Schijnzelfstandigheid zorgt voor een ongelijk speelveld, waarbij zelfstandigen mogelijk tegen lagere kosten worden ingehuurd dan werknemers in loondienst. Dit ondermijnt niet alleen de cao’s, maar kan ook leiden tot lagere lonen voor iedereen in de sector.

Hoe de aanpak schijnzelfstandigheid de loonkloof kan verkleinen

De loonkloof in de zorg kan gedeeltelijk worden aangepakt door de focus op schijnzelfstandigheid. Door te handhaven op de Wet DBA, zorgt de overheid ervoor dat de arbeidsrelatie tussen de zzp’er en zorginstelling wordt herzien. Hierdoor komen meer zzp’ers mogelijk in loondienst, wat de beloningsstructuren binnen zorginstellingen gelijker kan maken.

  • Gelijke arbeidsvoorwaarden: Door meer zzp’ers onder de cao’s te laten vallen, krijgen zij toegang tot pensioenregelingen, doorbetaling bij ziekte, en andere werknemersrechten. Dit vermindert de ongelijkheid tussen zzp’ers en werknemers in loondienst.
  • Verduidelijking van arbeidsrelaties: Werkgevers in de zorg worden gedwongen om duidelijke keuzes te maken over hun personeelsbeleid. Het inhuren van zzp’ers moet dan gebeuren met meer flexibiliteit en minder controle, zodat ze écht als zelfstandigen kunnen werken.

De loonkloof binnen de zorg is een complex probleem, maar de aanpak van schijnzelfstandigheid via de Wet DBA is een stap in de richting van meer gelijkheid. Door de wetgeving aan te scherpen en handhaving te intensiveren, hoopt de overheid de arbeidsomstandigheden voor zowel zzp’ers als werknemers in loondienst te verbeteren. Hiermee wordt niet alleen de loonkloof verkleind, maar krijgen ook meer zorgverleners de sociale zekerheden waar ze recht op hebben. Uiteindelijk is het doel een eerlijker speelveld en betere arbeidsvoorwaarden voor iedereen in de zorg.

Gerelateerde berichten